Een goede concentratie is een vereiste als je bezig bent met een taak, of dat nu je werk is, een studie of je hobby. Het is de bedoeling dat je hier je aandacht bij kunt houden, zodat je de taak uiteindelijk af krijgt.
Je concentratie kan echter afnemen door afleiding en daarbij komt ook dat lange tijd achter elkaar focussen veel energie kost. Hoe werkt de concentratie en wat zorgt ervoor dat je deze verliest?
Wat is concentratie?
Wanneer je geconcentreerd bezig bent met een taak, betekent dit dat je volledige aandacht hierop gericht is. Dat betekent automatisch dat je bepaalde prikkels van buitenaf goed weet buiten te sluiten.
Er is dus sprake van een selectie van informatie: je werk is nu wel belangrijk en die geluiden van buiten niet. Je kunt niet alle informatie gelijktijdig verwerken, dus het is goed dat je onbewust de belangrijke informatie weet te scheiden van de nutteloze.
Door dit selectiemechanisme is het mogelijk om je aandacht selectief in te zetten. Je bent hierdoor in staat om meerdere activiteiten tegelijk te doen, zonder dat je concentratie hieronder te lijden heeft.
Er zijn drie vormen van concentratie:
Selectieve concentratie
De selectieve concentratie helpt je te focussen op een enkele activiteit en al het andere om je heen negeer je. Dit is de concentratie die je graag altijd zou willen gebruiken.
Deze vorm is echter het lastigste om vast te houden, maar je hebt er veel aan als dat lukt. Multitasking en teveel informatie die binnenkomt, kunnen je selectieve concentratie verstoren.
Verdeelde concentratie
Gebruik je deze vorm van concentratie, dan verdeel je je aandacht over meerdere taken of bronnen van informatie. Hoewel het mogelijk is om te “multi-tasken” werkt het meestal niet zo goed.
Vaak zal een van de twee taken niet goed uitgevoerd worden. Denk bijvoorbeeld aan een vergadering volgen en tegelijkertijd je mail lezen. Het levert je dus niet zo heel veel op om je concentratie te verdelen.
Constante concentratie
Ook bij constante concentratie is je aandacht gericht op een enkele taak. Het verschil met de eerste vorm is echter de duur: Bij constante concentratie blijf je gedurende langere tijd op een activiteit gefocust. Denk bijvoorbeeld aan het lezen van een boek of wanneer je een lange autorit maakt.
De kenmerken van het concentratievermogen
Niet iedereen is even goed in zich concentreren. De hersenen zijn natuurlijk nog altijd doel van veel onderzoek en we weten nog niet alles. Het lijkt er echter op dat concentreren ontstaat in de ventrolaterale prefrontale cortex. Deze bevindt zich in je schedel achter de slapen.
Om je te kunnen concentreren is het belangrijk dat je bezig kunt zijn zonder afgeleid te worden. Je vermogen om je te concentreren is ten dele statisch, namelijk afhankelijk van hoe je brein nu eenmaal werkt.
Maar concentratie is eveneens flexibel. Je kunt het vergelijken met een spier: hoe vaker je deze gebruikt, hoe krachtiger deze wordt. Je kunt je concentratie dus ook verbeteren.
Het maak tevens uit hoe je zelf je concentratie richt. Als jij je focust op een bepaalde taak, laat je je hersenen weten dat dit belangrijk is. Daardoor zal je brein moeite gaan doen om irrelevante informatie te filteren, zodat je je helemaal kunt richt op wat wel belangrijk is.
Het is dus zo dat je vermogen om je te concentreren dus ten dele fysiek bepaald is. De ventrolaterale prefrontale cortex is bij iedereen anders afgesteld en de ene persoon zal dus beter zijn in zich goed concentreren dan een ander.
Concentratie en afleiding
De activiteit van je concentreren is iets dat behoorlijk wat energie kost. Je brein probeert constant informatie te filteren en dat zal het niet eindeloos kunnen doen. Op een bepaald moment is de energie op.
Dat gaat vooral snel als er veel afleiding is, zoals harde geluiden of beweging om je heen. Je merkt dan dat je mentaal snel moe wordt.
Daarbij komt dat je hersenen van nature sterk aangetrokken worden door afleiding. Dat komt omdat het je instinct is om je omgeving in de gaten te houden. We nemen graag elk beetje informatie op. Dit wordt ambient neural activity genoemd.
Het is dan ook niet moeilijk te begrijpen waarom berichtjes van social media op je smartphone zo sterk afleidend werken. Ouderdom heeft eveneens invloed op je concentratievermogen. Na je 40e is het meestal lastiger om effectief informatie te filteren.
Hoe jij je beter kunt concentreren
Hoe goed je concentratie is, is dus deels afhankelijk van je eigen inzet, hoe je hersenen in elkaar zitten en van de hoeveelheid prikkels die binnenkomen.
Je kunt gelukkig zelf ook iets doen om je concentratie te verbeteren, namelijk met mijn concentratie supplementen. Deze bevatten natuurlijke stoffen die een positief effect hebben op de concentratie, zoals L-theanine, cafeïne en ginseng.
Concentratievermogen
Een goede concentratie is een vereiste als je bezig bent met een taak, of dat nu je werk is, een studie of je hobby. Het is de bedoeling dat je hier je aandacht bij kunt houden, zodat je de taak uiteindelijk af krijgt.
Je concentratie kan echter afnemen door afleiding en daarbij komt ook dat lange tijd achter elkaar focussen veel energie kost. Hoe werkt de concentratie en wat zorgt ervoor dat je deze verliest?
Wat is concentratie?
Wanneer je geconcentreerd bezig bent met een taak, betekent dit dat je volledige aandacht hierop gericht is. Dat betekent automatisch dat je bepaalde prikkels van buitenaf goed weet buiten te sluiten.
Er is dus sprake van een selectie van informatie: je werk is nu wel belangrijk en die geluiden van buiten niet. Je kunt niet alle informatie gelijktijdig verwerken, dus het is goed dat je onbewust de belangrijke informatie weet te scheiden van de nutteloze.
Door dit selectiemechanisme is het mogelijk om je aandacht selectief in te zetten. Je bent hierdoor in staat om meerdere activiteiten tegelijk te doen, zonder dat je concentratie hieronder te lijden heeft.
Er zijn drie vormen van concentratie:
Selectieve concentratie
De selectieve concentratie helpt je te focussen op een enkele activiteit en al het andere om je heen negeer je. Dit is de concentratie die je graag altijd zou willen gebruiken.
Deze vorm is echter het lastigste om vast te houden, maar je hebt er veel aan als dat lukt. Multitasking en teveel informatie die binnenkomt, kunnen je selectieve concentratie verstoren.
Verdeelde concentratie
Gebruik je deze vorm van concentratie, dan verdeel je je aandacht over meerdere taken of bronnen van informatie. Hoewel het mogelijk is om te “multi-tasken” werkt het meestal niet zo goed.
Vaak zal een van de twee taken niet goed uitgevoerd worden. Denk bijvoorbeeld aan een vergadering volgen en tegelijkertijd je mail lezen. Het levert je dus niet zo heel veel op om je concentratie te verdelen.
Constante concentratie
Ook bij constante concentratie is je aandacht gericht op een enkele taak. Het verschil met de eerste vorm is echter de duur: Bij constante concentratie blijf je gedurende langere tijd op een activiteit gefocust. Denk bijvoorbeeld aan het lezen van een boek of wanneer je een lange autorit maakt.
De kenmerken van het concentratievermogen
Niet iedereen is even goed in zich concentreren. De hersenen zijn natuurlijk nog altijd doel van veel onderzoek en we weten nog niet alles. Het lijkt er echter op dat concentreren ontstaat in de ventrolaterale prefrontale cortex. Deze bevindt zich in je schedel achter de slapen.
Om je te kunnen concentreren is het belangrijk dat je bezig kunt zijn zonder afgeleid te worden. Je vermogen om je te concentreren is ten dele statisch, namelijk afhankelijk van hoe je brein nu eenmaal werkt.
Maar concentratie is eveneens flexibel. Je kunt het vergelijken met een spier: hoe vaker je deze gebruikt, hoe krachtiger deze wordt. Je kunt je concentratie dus ook verbeteren.
Het maak tevens uit hoe je zelf je concentratie richt. Als jij je focust op een bepaalde taak, laat je je hersenen weten dat dit belangrijk is. Daardoor zal je brein moeite gaan doen om irrelevante informatie te filteren, zodat je je helemaal kunt richt op wat wel belangrijk is.
Het is dus zo dat je vermogen om je te concentreren dus ten dele fysiek bepaald is. De ventrolaterale prefrontale cortex is bij iedereen anders afgesteld en de ene persoon zal dus beter zijn in zich goed concentreren dan een ander.
Concentratie en afleiding
De activiteit van je concentreren is iets dat behoorlijk wat energie kost. Je brein probeert constant informatie te filteren en dat zal het niet eindeloos kunnen doen. Op een bepaald moment is de energie op.
Dat gaat vooral snel als er veel afleiding is, zoals harde geluiden of beweging om je heen. Je merkt dan dat je mentaal snel moe wordt.
Daarbij komt dat je hersenen van nature sterk aangetrokken worden door afleiding. Dat komt omdat het je instinct is om je omgeving in de gaten te houden. We nemen graag elk beetje informatie op. Dit wordt ambient neural activity genoemd.
Het is dan ook niet moeilijk te begrijpen waarom berichtjes van social media op je smartphone zo sterk afleidend werken. Ouderdom heeft eveneens invloed op je concentratievermogen. Na je 40e is het meestal lastiger om effectief informatie te filteren.
Hoe jij je beter kunt concentreren
Hoe goed je concentratie is, is dus deels afhankelijk van je eigen inzet, hoe je hersenen in elkaar zitten en van de hoeveelheid prikkels die binnenkomen.
Je kunt gelukkig zelf ook iets doen om je concentratie te verbeteren, namelijk met mijn concentratie supplementen. Deze bevatten natuurlijke stoffen die een positief effect hebben op de concentratie, zoals L-theanine, cafeïne en ginseng.
Renew cache